Eerlijk voedsel voor een eerlijke prijs — een persoonlijke noodkreet
In de korte keten, waarin alles klopt, valt nauwelijks een droog brood te verdienen. Want zodra je eerlijk doorrekent, kom je uit op consumentenprijzen die mensen afschrikken.
Voedsel is politiek.
Gezond en eerlijk geproduceerd eten zou een grondrecht moeten zijn. Toch wordt wie dit aanbiedt, vaak weggezet als elitair. Dat verwijt hoort echter niet bij de boer of winkelier — het hoort thuis in de politiek.
De realiteit:
– Een eerlijke prijs voor een biologische bloemkool (fijn om het daarover te hebben – die spreekt zo mooi tot de verbeelding) is tussen de €3,50 en €4,00. Dan krijgt de boer wat nodig is om te telen zonder gif en kunstmest.
– In de supermarkt kost diezelfde bio-bloemkool vaak maar €2,99. Je weet dan al wat er gebeurd is: de boer heeft net niet gekregen wat nodig is. Om zijn oogst toch kwijt te kunnen, kiest hij noodgedwongen voor bulkverkoop tegen een te lage prijs. Dat is het grote nadeel van bio uit de supermarkt, dat je daarmee het systeem iet volledig verandert en de boer niet de eerlijke prijs geeft. Maar ja, het is wel ‘prettig’ voor de portemonnee…
– Een gangbare bloemkool kost soms zelfs maar €1,85. Die lage prijs wordt mogelijk gemaakt door het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest, wat zorgt voor voorspelbare opbrengsten. De consument heeft geen idee welke stoffen zijn gebruikt – dat hoeft namelijk niet op het etiket. Logisch dus, dat er op prijs gekozen wordt. En dat begrijp ik ook.
Maar nu je dit leest, weet je waar ik het over heb: dit is een systeemfout.
Supermarkten drukken de prijs – bij gangbare én biologische producten. Zo krijgt de boer niet wat nodig is, en raakt de consument het spoor bijster. Want waarom is de biospeciaalzaak duurder? Niet omdat die extra winst maakt, maar omdat zij wél een eerlijke prijs betalen.
Wil je bijdragen aan een eerlijker systeem?
Koop bij initiatieven als Hofweb, Bioweb, De Streekboer, Odin of Ekoplaza. Zij betalen boeren wél wat nodig is en rekenen een realistische marge voor distributie en verkoop.
Wat moet er gebeuren?
– Publiek geld voor gezond voedsel.
Maak gezond eten en een biologische teeltwijze een collectieve investering, zoals we ook samen betalen voor zorg, onderwijs en infrastructuur. En laat het geld naar de boer stromen, niet naar kortlopende initiatieven die alleen maar praten over wat er moet gebeuren maar niet wortelen in de samenleving.
– Landbouwsubsidies naar duurzame landbouw.
Europese subsidies moeten dus ook uitsluitend naar biologische of omschakelende boeren gaan.
– Een helder keurmerk.
Maak SKAL-certificering gratis voor boeren die willen omschakelen. En wie na drie jaar nog chemie gebruikt, betaalt daarvoor. En maak de controles verplicht voor elke boer. Dus vooral ook diegene die helemaal niet van plan is te schakelen. Want hoezo moet je nu verantwoorden wat je NIET aan gif en chemie gebruikt en hoef je je niet te verantwoorden voor wat je WEL gebruikt? Dus ik zeg elke boer een bezoek van SKAL, blijk je niet aan biologische standaarden te voldoen dán ontvang je een, wat mij betreft dikke, rekening. Voldoe je wel of ben je duidelijk onderweg naar bio dan ontvang je een compliment waarvoor je juist niet hoeft te betalen.
– Transparantie in de winkel.
Op elk prijskaartje moet wettelijk staan welke middelen zijn gebruikt, in welke hoeveelheden, wat daarvan is achtergebleven in het product, én wat het kost om de bodem en het water te reinigen. Spoiler: bij sommige stoffen, zoals PFAS, is dat bijna onmogelijk.
Dat verschil mag niet langer op het bord van de consument terechtkomen.
Het hoort wat mij betreft uit publieke middelen te komen. Want wat zegt het over onze samenleving als je wél goedkoop ziekmakend fastfood kunt kopen, maar geen toegang hebt tot gezond voedsel dat zonder gif is gemaakt?
Conclusie
Dit probleem is groter dan ik alleen aankan. Groter dan wat jij als klant in de korte keten kunt doen. Maar jij en ik kunnen wél iets doen: Word je bewust van het systeem. Koop bewust. En stem – elke dag met je euro’s, en straks weer in het stemhokje.