Deze maand verkocht ik ook mijn trouwe Caddy. De metgezel van de winkeljaren, en van de jaren daarna terwijl ik me bleef inzetten zodat de winkel zou terugkeren. Ik verkocht hem uiteindelijk toch…

Wat de liefde betreft is het misschien saai voor jullie als lezers, maar voor ons is het heerlijk.
We ontdekken elkaar steeds meer. Soms moeten we keihard lachen, soms maken we elkaar verlegen, soms ontroeren we elkaar. Zelfs de doodgewone dingen, afwassen, tanden poetsen, bankhangen, ze voelen bijzonder. Kortom: het is fijn, zacht, en verrassend gewoon.

Het werk daarentegen… dat was taaier deze maand.

Ik wil dat wat ik doe écht wortel schiet in de samenleving. Ik wil bijdragen aan een systeem dat moeder aarde ondersteunt in plaats van uitput. En eerlijk? Soms voelt het alsof dat voor geen meter lukt…

Ik hoor mezelf leeglopen bij mijn nieuwe liefde.
Ik spuug mijn frustratie eruit, eindig met:
“Maar dan denk ik aan jou en dan denk ik: ze maken mij de pis toch niet meer lauw, want ik heb een lief vriendje.”

Hij moest lachen, maar merkte droog op dat de pis inmiddels aardig aan het overkoken was. En dat was zo.

Maar dat overkoken vertelt me ook iets: dat het me nog steeds aan het hart gaat. Dat het systeem waarin alles draait om geld verdienen radicaal moet kantelen. Want als wij het niet doen, dan doet moeder aarde het,  en dat zal ze niet subtiel doen.

Deze maand verkocht ik ook mijn trouwe Caddy. De metgezel van de winkeljaren, en van de jaren daarna terwijl ik me bleef inzetten zodat de winkel zou terugkeren. Ik verkocht hem uiteindelijk toch…Niet omdat ik dat geloof kwijt ben, maar omdat ik voel dat het op een andere manier moet ontstaan dan ik altijd dacht.

Ik geloof nog steeds in de kracht van onderop. Maar ik zie ook de macht van het grote geld. Dat duw je niet zomaar omver. Dus ja: ik ga door, maar wel anders, rammelend aan andere poorten. Want het systeem moet echt om. Daarom past Lenny Kravitz’ ‘Are You Gonna Go My Way’ hier heel erg goed bij!